Tips schoon water voor agrariërs


Uw landbouwactiviteiten kunnen effect hebben op de waterkwaliteit en -kwantiteit in uw omgeving. Hieronder vindt u enkele tips om te zorgen voor schoon en voldoende water en hiermee voorkomt u overlast.

Tips voor bescherming waterkwaliteit

  • Houd uw erf, voerkuilen en bovengrondse (vaste) mestopslag schoon. Dit kan heel simpel met een rolbezem.
  • Loos water uit de melkput en de melkstal nooit op het oppervlaktewater. Hierin zitten namelijk melkresten en meststoffen. Gebruik hiervoor de mestkelder.
  • Vermijd verwaaiing van gewasbeschermingsmiddelen. Met ‘driftreductie’ waaien er minder middelen richting het oppervlaktewater. Binnen veertien meter vanaf de insteek van het talud zijn driftarme doppen en kantdoppen van sproei-installaties verplicht. Deze maatregelen leveren al snel een driftreductie op van zo'n 90%.
  • Het is onvermijdelijk dat u bij het voeren van vee en het uitrijden van mest af en toe wat morst. Voorkom dat deze stoffen zich vermengen met schoon regenwater. Zorg dat er een aparte afvoer is naar een opvangkelder voor het water afkomstig van kuilplaten, mestplaat en wasplaat. Voer water dat vervuild is met mest en voersappen af als mest.
  • Sluit drains tijdelijk af als waterafvoer niet noodzakelijk is. Dit voorkomt het onnodig uitspoelen van voedingsstoffen en zware metalen met het drainagewater.
  • Gebruik zo min mogelijk gewasbeschermingsmiddelen.
  • Pas membraanfiltratie toe als u afvalwater van een varkenshouderij reinigt. Bij dit proces wordt het water onder druk door een membraan geperst, waarbij de poriën zo klein zijn dat er alleen water door kan, en geen andere moleculen. Er kan zelfs water worden bespaard als het gereinigde water wordt hergebruikt.
  • Door omgekeerde osmose (hyperfiltratie) van grondwater kan het uitgangwater grotendeels  worden ontzout. Dit als aanvulling op een bassin tot 100% dekking van de waterbehoefte. Hierdoor kan de spui bij recirculatie tot nagenoeg nihil worden gereduceerd.
  • Ontsmet drainwater met een verhittingsapparaat. Zo recirculeert de voedingsoplossing en wordt het risico van aantasting en verspreiding van wortelziekten geminimaliseerd.
  • Reinig eerst droog, dan nat. Hierdoor komt er minder vuil in het afvalwater terecht en gebruikt u minder water en schoonmaakmiddelen. Stel een schoonmaakplan op en instrueer uw medewerkers. Denk hierbij ook aan efficiënt gebruik van schoonmaakmiddelen (niet méér dan noodzakelijk).
  • Vang het vrijkomende water bij grootschalige hogedrukreiniging op en hergebruik het. De vervuilingsgraad is in het algemeen namelijk laag.
  • Gebruik milieuvriendelijke ontvettingsmiddelen (kort-emulgerende wasmiddelen). Deze bevatten geen oplosmiddelen, maar een speciale oppervlakte-actieve stof die dezelfde werking heeft. Milieuvriendelijke ontvettingsmiddelen zijn fosfaatvrij en gemakkelijk en snel biologisch afbreekbaar. Er ontstaat minder vervuild afvalwater.
  • Maak gebruik van de Toolbox emissiebeperking. Deze bestaat uit een set van informatiekaarten met praktische maatregelen om emissie van gewasbeschermingsmiddelen naar oppervlaktewater te verminderen.