Rioleringsplannen: GRP en BRP


Rioleringsplannen: GRP en BRP

Het gemeentelijk rioleringsplan is niet langer wettelijk verplicht. De Omgevingswet biedt wel de mogelijkheid om een gemeentelijk rioleringsprogramma op te stellen (artikel 3.14, Omgevingswet). Dat is een vrijwillig (onverplicht) programma.

Het gemeentelijk rioleringsplan blijft geldig op het moment dat de Omgevingswet in werking treedt. Het plan blijft gelden totdat de periode is verstreken waarvoor het plan is vastgesteld. Of totdat de gemeente het plan laat vervallen (artikel 4.93, Invoeringswet). De inhoud van het gemeentelijk rioleringsplan kan terechtkomen in de instrumenten van de Omgevingswet. Zoals het gemeentelijk rioleringsprogramma of het omgevingsplan.

Voldoen aan de basisinspanning voor rioolstelsels

Rioolstelsels moeten minimaal voldoen aan de basisinspanning, zoals deze in 1992 is gedefinieerd. Dit betekent dat een gemengd rioolstelsel niet meer vuil mag lozen dan een theoretisch referentiestelsel. Tegenwoordig wordt in het licht van het Bestuursakkoord Water de afweging gemaakt tussen de baten voor het lokale water en de kosten van maatregelen. Voor kwetsbare beken zijn aanvullende maatregelen nodig om aan de Europese kaderrichtlijn water (KRW) (via Helpdesk Water) te voldoen. Dit kan door extra berging in of achter het stelsel of door af te koppelen.