Melding bouwen en activiteiten in en bij oppervlaktewater


Wilt u iets bouwen, aanleggen, plaatsen, veranderen of een activiteit uitvoeren in of in de buurt van een kanaal, beek, plas of ander oppervlaktewater? Dan heeft u in de meeste gevallen een vergunning nodig. Soms is het ook voldoende om een melding te doen.

Melding

Bij sommige activiteiten hoeft u geen vergunning aan te vragen maar kunt u volstaan met een melding. Dit geldt voor eenvoudige handelingen die vaak voorkomen zoals het aanleggen van een duiker of het verplaatsten van kabels en leidingen. Wilt u weten of u een melding of vergunning moet aanvragen, neem dan contact met ons op.

Omgevingsvergunning voor een watergerelateerde activiteit aanvragen

Er zijn twee mogelijke procedures voor het krijgen van een watervergunning. De 'reguliere voorbereidingsprocedure' (deze duurt ongeveer 8 weken) en de 'uniforme openbare voorbereidingsprocedure' (deze duurt max. 26 weken). De korte procedure van 8 weken is het uitgangspunt in de Omgevingswet. Op diverse plaatsen in de Omgevingswet en in artikel 10.24 van het Omgevingsbesluit staat wanneer de uitgebreide procedure van 26 weken geldt. Ook kunt u als aanvrager van de vergunning verzoeken om de lange procedure toe te passen.

Via de aanvraagmodule van het Omgevingsloket kunt u een vergunningaanvraag digitaal indienen. Een vergunning is in principe geldig voor onbepaalde tijd, tenzij in de vergunning iets anders is aangegeven.

Overleg met de team Vergunningen

Overleg van tevoren altijd met team Vergunningen en Plantoetsing  om te achterhalen welke regels er voor u gelden. Wij denken mee over de haalbaarheid van uw plan en de beste aanpak. Zo komt u achteraf niet voor verrassingen te staan.

Houd rekening met andere regels

Naast de regelgeving van het waterschap kunnen ook andere regels van toepassing zijn. Soms heeft u een omgevingsvergunning van de gemeente nodig.


Externe link

Wat is de grens van een oppervlaktewater waarvoor deze regels gelden?

In het algemeen ligt de grens van een oppervlaktewaterlichaam op een meter of anderhalve meter van de waterkant. Als bij het betreffende oppervlaktewaterlichaam een onderhoudsstrook van het waterschap ligt, dan ligt de grens van het oppervlaktewaterlichaam aan de buitenkant van de onderhoudsstrook. De grens van een oppervlaktewater is opgenomen in de legger.