Grasbaanbeheer in boomgaarden


Veel boomgaarden in Zuid-Limburg liggen parallel aan de contourlijnen van de helling. De grasbanen in deze boomgaarden worden intensief gebruikt voor de gewasverzorging en de oogst. Hierdoor raken de grasbanen verdicht en slijten er (diepe) sporen in de grasbanen waardoor water makkelijk kan afstromen. Bij neerslag ontstaat daarom vrij snel afspoeling van water.

grasbaanbeheer

Hoe werkt het:

Om waterafspoeling te beperken kunnen de volgende maatregelen genomen worden:
• Opvullen van de sporen, zodat de grasbaan (weer) vlak ligt. Mogelijk met de inzet van machines.
• De grasbaan bol aanleggen, zodat neerslag naar de zijkant richting de boomspiegel afwatert, en niet in de lengte van de grasbaan.
• Het beperken van verdichting door het kiezen voor andere type banden en het aanpassen van de bandenspanning. Dit heeft ook invloed op het voorkomen van wielslip, waardoor de graszode minder beschadigd raakt.
• Voorkomen dat risico plekken met zwaar werktuig of materieel bereden worden.
• Met een schijf insnijden van sporen zodat water in deze sporen kan infiltreren, zonder de grond los te maken. Dit is technisch (nog) niet mogelijk op alle machines.
• Met een graslandwoeler kan de verdichting ondergronds worden opgeheven, zonder verlies van draagkracht;
• De keuze voor het type gras(mengsel) en het maaibeheer hebben ook effect op de infiltratiecapaciteit van de grasbaan en het remmen van water wat afspoelt.
• Extra dwarspaden en -uitgangen in het perceel kunnen tijdens de oogst zorgen voor minder belasting van de grasbanen.

Effectiviteit voor infiltratie/wateroverlast:

• De grasbaan wordt intensief gebruikt, dus spoorvorming/compactie is niet helemaal te voorkomen. De genoemde maatregelen beperken de afspoeling, maar lossen het probleem niet helemaal op.

Kosten:

• Veel maatregelen zitten in de preventieve sfeer en kosten relatief weinig. Extra dwarspaden en –uitgangen kosten wel teeltoppervlak en brengen extra aanlegkosten met zich mee.

Aandachtspunten:

• Een stevige levert grip voor machines om de hellingshoek te overkomen. Hiervoor is het raadzaam na te denken over te gebruiken grasmengsel. Een voorbeeld van een goed combinatie is een mengsel van 50% Veldbeemd en 50% Engels Raaigras.
• Het is raadzaam om banden met grote scherpe kammen te vervangen door vlakkere kammen om beschadiging aan de grasmat te voorkomen.
• Het inzetten van bredere banden met een lagere bandenspanning kan het risico op bodemverdichting verkleinen
• Er kan een gaslandwoeler worden ingezet om de ondergrond onder het gras los te trekken. Een graslandwoeler kost echter veel trekkracht, wat kan leiden tot beschadiging van de graszode door wielslip.
• Als de grasbaan bol wordt aangelegd, loopt het water af naar de boomspiegel. Als de boomspiegel onvoldoende infiltratiecapaciteit heeft, spoelt het water alsnog af. Om deze reden is het raadzaam om te denken aan het verruigen van de boomspiegel.

Combinatie met andere maatregelen:

• Omdat watervoering van sporen niet helemaal voorkomen kan worden, kan ook de aanleg van dijkjes en buffers worden overwogen om afspoelend water te leiden en te remmen. Bij (her)inplant van een boomgaard kan de plantrichting en de perceelindeling ook worden bepaald.

Neveneffecten op productie:

• Niet of nauwelijks.

Neveneffecten op omgeving:

• Voorkomen afspoelen van water naar oppervlaktewateren.

Implementatie:

Opvullen van de sporen is een vrij gebruikelijke maatregel. De aandacht voor aangepaste bandentypes en –druk is nog niet zo groot in de fruitteelt. Het opheffen van verdichting met een graslandwoeler is niet gebruikelijk. Dat geldt ook voor het insnijden van de sporen.


Type maatregel:

Perceel.

Waarom deze maatregel?

Bevorderd de infiltratie van water.

Voor welke gewassen is deze maatregel?

Fruit.

Wanneer neem je deze maatregel?

Tijdens de teelt.