Zoeken - Zoekresultaten
Nederland heeft een indrukwekkend stelsel aan waterkeringen dat ons beschermt tegen hoge waterstanden op zee, van grote rivieren of meren.
In de Waterwet staan de wettelijke veiligheidsnormen voor dijken. Deze normen zorgen dat iedereen die achter een primaire kering woont of werkt, wordt beschermd tegen een overstroming. In deze afbeelding nemen we die wettelijke waterveiligheidsnormen onder de loep.
Het sfeervolle kloosterdorp Steyl is geliefd bij inwoners, bezoekers en mensen die er werken. Maar de mooie ligging aan de Maas brengt ook risico’s met zich mee. Waterschap Limburg werkt daarom aan dijkversterkingsplannen, zodat het dorp ook bij extreem hoogwater goed beschermd blijft. Lea Monod de Froideville, Ton Paulus en broeder Roland Scheid zijn elk op hun eigen manier betrokken bij Steyl en vertellen wat de dijkplannen voor hen betekenen. “Het hoogwater van juli liet weer zien hoe onvoorstelbaar de kracht van het water is.”
Duizenden mensen waren afgelopen juli dagenlang in touw tijdens het hoogwater in Limburg. Van waterschap tot bewoners, van hulpdiensten tot veiligheidsregio’s: iedereen zette alles op alles om de dorpen te beschermen. Inspecteur Ivo van Enckevort en hoofd crisiscommunicatie Christel Knoops vertellen hoe zij het hoogwater beleefden. “Op een gegeven moment konden we alleen nog maar hopen dat de dijken het zouden houden.”
De meest effectieve wijze om te voorkomen dat reeds afstromend water snelheid kan maken is het beperken van de hellinglengte. Dit is mogelijk door op regelmatige afstanden terreinruwheden te creëren. Houten schotten of strobalen zijn hier effectieve voorbeelden van.
De meest effectieve wijze om te voorkomen dat reeds afstromend water snelheid kan maken is het beperken van de hellinglengte. Dit is mogelijk door op regelmatige afstanden terreinruwheden te creëren. Houten schotten of strobalen zijn hier effectieve voorbeelden van.
Bij bepaalde gewassen is de kans op afstroming van water een stuk groter door de afwezigheid van veel organisch plantmateriaal/loof. De teelt van uien is een stuk gevoeliger voor de afstroming van water en sediment (mede door het fijne zaaibed). Om de kans op afspoeling vanaf het perceel te verminderen kunt u de kopakker (of laagst gelegen perceelrand) inzaaien met een alternatief gewas dan het hoofdgewas. Door het inzaaien van alternatieve gewassen als gras, graan/gerst of groenmengsel ontstaat er een remmende werking.
Door de erosieve kracht van de regendruppel te verkleinen zullen bodemdelen minder snel uit elkaar vallen en wordt verslemping beperkt. Door de bodem te verruwen wordt dit gerealiseerd. Daarnaast zorgt verruwing voor het ophouden van de waterstroom en krijgt afstromend water meer tijd om in te infiltreren. In de fruitteelt kunt u dit bereiken door de doorgaans kale en strakke boomspiegel te verruigen.
Een dijkversterking is niet van vandaag op morgen gerealiseerd. Het is een complex en zorgvuldig proces, waar het waterschap zich dagelijks met veel energie voor inzet. Om verfrissende ideeën en unieke oplossingen voor belangrijke vraagstukken te vinden, benut Waterschap Limburg nu ook de denkkracht van kinderen. Dit doen we in samenwerking met ConsultingKids.
WL houdt zich aan de wetgeving op dit gebied, zoals de Wet natuurbescherming. Voordat wij onderhoudswerkzaamheden in een gebied uitvoeren, toetsen wij of er kwetsbare dieren of plantensoorten zijn. Hier stemmen wij ons maaibeleid op af.
Voorafgaand aan het maaien wordt het te maaien gebied ook fysiek door de ecoloog geïnspecteerd. Ook maaien wij zo min mogelijk tijdens het broedseizoen en het liefst na de zaadzetting van planten. Als er bijzondere plant- of diersoorten leven in het maaigebied, maaien we soms een deel van dat gebied niet.
Het is niet onze taak om de natuur te beschermen, maar we gaan wel heel precies te werk om flora en fauna zoveel mogelijk te ontzien. Meer informatie.
Veel van onze dijken en watersystemen zijn gelegen op plaatsen waar het prettig recreëren is. Waterschap Limburg streeft ernaar om ons beheergebied zoveel mogelijk open te stellen. Mits dit veilig kan en geen overlast veroorzaakt voor omwonenden. Ziet u onveilige situaties, als gevolg van bijvoorbeeld overhangende takken bij openbare paden? Meld dit dan alsjeblieft.
Het Deltares onderzoek is mede uitgevoerd om de landelijke beleidstafel van onderbouwing te voorzien. Het doel van de landelijke beleidstafel was om adviezen voor verbeteringen van beleid te geven. Dit ging onder andere over beleid voor klimaatadaptatie, ruimtelijke inrichting, wateroverlast normering, grensoverschrijdende samenwerking, en risicobewustzijn van bewoners. Deze adviezen zijn voor een deel gebaseerd op dit watersysteem-onderzoek van Deltares.
Problemen kunnen ontstaan op verschillende locaties in het beeksysteem. Oplossingen kunnen zowel lokaal als stroomopwaarts gezocht worden. Maatregelen in het buitenland kunnen bijdragen om problemen te verminderen maar er zullen ook maatregelen in Nederland nodig zijn. De maatregelen in het buitenland hebben wij niet zelf in de hand. Er wordt wel op verschillende manieren samengewerkt met buitenlandse partijen, zodat we elkaar kunnen versterken.
Hoe kunnen we samen water beter vasthouden in landelijk gebied? Je leest het op deze pagina.
Deltares heeft gekeken wat het effect is wanneer 5 tot 10 mm neerslag per dag extra kan worden geborgen in de bodem. In de deelstudie voor twee kleine gebieden (stroomgebieden), waar het water afstroomt naar zijbeken van de Geul, is geprobeerd gevoel te krijgen voor de omvang van de maatregelen die hiervoor nodig zijn. Daarbij is gekeken naar het effect van ander landgebruik. Namelijk het omzetten van akkers naar grasland en het veranderen van gangbare landbouw naar duurzame akkerbouw. In beide gevallen neemt de infiltratie van water in de bodem toe. Het effect van andere veranderingen in landgebruik of landinrichting is niet onderzocht. Toch kunnen deze wel degelijk bijdragen aan het minder snel afstromen van water. Hierdoor is er meer tijd voor neerslag om in de bodem weg te zakken. De kans op wateroverlast en overstroming neemt dan af.
Een deel van de kracht van 'Ruimte voor de Rivier’ zit in het feit dat daling van de waterstand tot vele kilometers bovenstrooms doorwerkt. Als voorbeeld: de nevengeul bij Ooijen-Wanssum heeft nog een (klein) effect op de waterstanden bij Roermond. Dit komt doordat het verhang (steilheid) van de Maas hier klein is. De beken in Limburg zijn veel steiler. Daardoor is het effect met name lokaal merkbaar. Een maatregel als het verruimen van rivieren om waterstanden in Valkenburg te beïnvloeden, kan het beste in Valkenburg worden getroffen. Bij de Maas kun je een maatregel treffen benedenstrooms van een stedelijk gebied. Maar, extra ruimte voor de Limburgse beken is altijd positief voor het verminderen van overlast. Ook dit werkt het programma Waterveiligheid en Ruimte Limburg (WRL) nog verder uit.
De afvoer zou hoger zijn geweest, als de regen die in de Ardennen viel, in het stroomgebied van de Geul was gevallen. Dan zou er ook meer overlast zijn. De kans op extreme regenval in de Ardennen is groter vanwege het bergachtige terrein. Het is niet onmogelijk dat Limburg of andere delen van Nederland hier in de toekomst mee te maken krijgen. In dit onderzoek is niet onderzocht wat de gevolgen zijn als dit zou gebeuren.
De Provincie Limburg altijd al oog gehad voor de bescherming tegen hoogwater langs de Maas. De aandacht vanuit de Provincie Limburg is daarbij gericht op het versterken van ruimtelijke kwaliteit. Zoals aandacht voor het landschap, de natuur, recreatie en toerisme en cultuurhistorie, en het borgen van het algemeen belang. De primaire verantwoordelijkheid voor waterveiligheid ligt bij het Rijk en het Waterschap Limburg. Die voeren dit uit door rivieren te verruimen maatregelen en dijkverbetering. Overigens, hebben we kunnen constateren dat veel rivierverruimende maatregelen die de afgelopen decennia zijn uitgevoerd hun functie hebben gehad: hierdoor waren de waterstanden op veel trajecten lager dan voorheen.
Inspecteur Rachèl Rutten van Waterschap Limburg controleert onder meer waterkeringen, watergangen, buffers en beken. “Het shockeert mij enorm wat ik soms in de natuur aantref.” En dat gaat een stuk verder dan het plastic flesje dat het buurjongetje achteloos in het water mikt. Mestafval, bouwmaterialen, tuinafval, chemicaliën en drugs worden in grote hoeveelheden aangetroffen in beekjes en rivieren. “Een ramp voor de natuur want een klein beetje kan al een enorme impact hebben.”
Meer zoeken
Via onderstaande sites kunt u meer overheidsinformatie vinden.