Zoeken - Zoekresultaten
De Waterschapsverordening is de opvolger van de huidige Keur. Na inwerkingtreding van de Omgevingswet worden alle regels die het waterschap binnen haar beheergebied stelt over de fysieke leefomgeving, opgenomen in de Waterschapsverordening.
De Omgevingswet geeft overheden, en dus ook het waterschap, de opdracht om informatie digitaal te ontsluiten. Het DSO integreert data en regels in een stelsel van voorzieningen. Eén daarvan is het Omgevingsloket, waarbij gebruikersgemak voor de burger voorop staat. Via dit loket kan de initiatiefnemer met een klik op een digitale gebiedskaart snel zien wat wel en niet is toegestaan in de directe leefomgeving. Ook de vergunningsaanvraag wordt ingediend via het Omgevingsloket.
Je bouwt een dijk dan in verschillende stappen, waarbij je op meer momenten de dijk moet versterken om te voldoen aan de dan geldende veiligheidsnorm. Dit betekent dat je in stappen meegroeit met de benodigde waterveiligheidsopgave. Gezien de vaak grote impact van een dijkversterking op de omgeving en de omvang van de totale waterveiligheidsopgave in Limburg wil het waterschap niet te vaak terug moeten komen voor een volgende dijkversterking. Daarnaast zijn de (levensduur)kosten van adaptief bouwen hoger. Daarom wordt adaptief bouwen op een gericht aantal locaties overwogen. Op andere locaties wordt adaptief bouwen niet toegepast.
Gebied aan de landzijde van de dijk.
De plaats waar de dijk komt te liggen.
Een waterkering kan op meerdere manieren bezwijken (falen). Denk aan piping, afschuiving, maar ook doordat de kering te laag is. Dit noemen we faalmechanisme. De faalkansbegroting is de vertaling van de wettelijke norm naar een ontwerpeis per faalmechanisme. Per dijktraject wordt deze faalkansbegroting zo ingesteld dat een optimaal vormgegeven waterkering ontstaat.
Een voorspelling van het mogelijke klimaat in de toekomst. Deze is afhankelijk van meerdere factoren zoals de verandering van de temperatuur. Het KNMI heeft voor de toekomstige ontwikkeling van het klimaat verschillende scenario’s opgesteld. Het waterschap hanteert voor het einde van de ontwerplevensduur het W+ scenario. Indien adaptief bouwen wordt overwogen, kan naar het eindbeeld toegegroeid worden op basis van de lichtere variant: het G-scenario.
Waterschap Limburg probeert gronden die nodig zijn voor de dijkversterking of -verlegging zo veel mogelijk op minnelijke basis aan te kopen. Dat wil zeggen dat vrijwillig overeenstemming wordt bereikt over onder andere de aankoopprijs en de vergoeding.
Het waterschap werkt het voorkeursalternatief (VKA) voor de dijkversterking uit tot een ontwerp projectplan Waterwet. Dit plan en de bijbehorende vergunningen en de legger gaan in procedure. Dat wil zeggen dat belanghebbenden dan formeel kunnen reageren op de plannen. Daarna wordt het projectplan Waterwet vastgesteld door het Dagelijks Bestuur van het Waterschap en vervolgens goedgekeurd door het college van Gedeputeerde Staten (GS) van de provincie.
Lees meer over de Waterwet op www.overheid.nl.
Dit is een fase in een dijkversterkingsproject. Lees hier meer over Fasen en inspraakmogelijkheden en download de visual Dijkversterkingsproces in 3 fasen (pdf, 60 kB).
In de realisatiefase gaat na grondverwerving en aanbesteding het werk buiten echt beginnen. De schop gaat in de grond. Hiervoor werkt het waterschap samen met deskundige bouwbedrijven. We noemen dit ook wel de uitvoeringsfase.
In opdracht van de minister van I&W voeren we een aantal dijkverleggingen uit om zo veel mogelijk rivierbed te behouden voor de Maas.
Lees meer over de systeemmaatregelen en bekijk de animatie.
De minimale veiligheidsnorm waaraan een kering moet voldoen om een gebied te beschermen tegen hoogwater. Het waterschap gaat uit van de wettelijke norm zoals opgenomen in de Waterwet. Dit is een vaststaand gegeven. Lees meer over de wettelijke waterveiligheidsnormen.
Waterschap Limburg (WL) en Waterschapsbedrijf Limburg (WBL) willen in 2025 energieneutraal zijn, dit betekent jaarlijks netto evenveel energie duurzaam opwekken als het eigen gebruik. Hiervoor zal naast energiebesparing ook moeten worden ingezet op opwekking van duurzame energie. WL en WBL onderzoeken hiertoe welke technologieën en ontwikkelingen hieraan kunnen bijdragen. Naast de verduurzaming van de eigen kerntaak biedt samenwerking met de omgeving extra kansen om bij te dragen aan de transitie naar een duurzame energievoorziening. Denk daarbij aan bijvoorbeeld de mogelijkheden van thermische energie uit afvalwater of uit oppervlaktewater. Om de kansen voor een duurzamere energievoorziening, met en voor de omgeving, in beeld te brengen is deze kansenkaart opgesteld.
De kansenkaart heeft ten doel:
- Inzicht te geven in de mogelijk inzetbare technologieën.
- Kwalificatie, kwantificatie en locatie van het potentieel van de duurzame energiebronnen.
- Kaders en randvoorwaarden aan te geven.
- Te dienen als een praktisch communicatiemiddel voor gemeenten, bedrijven, instanties en burgers.
- Een ingang te bieden om contact op te nemen middels het digitaal loket.
Waterschap Limburg (WL) en Waterschapsbedrijf Limburg (WBL) willen in 2025 energieneutraal zijn, dit betekent jaarlijks netto evenveel energie duurzaam opwekken als het eigen gebruik. Hiervoor zal naast energiebesparing ook moeten worden ingezet op opwekking van duurzame energie. Denk daarbij aan bijvoorbeeld de mogelijkheden van thermische energie uit afvalwater of uit oppervlaktewater. Om de kansen voor een duurzamere energievoorziening, met en voor de omgeving, in beeld te brengen is deze kansenkaart opgesteld.
Het Limburgse afvalwater wordt vanaf medio 2019 nog duurzamer gezuiverd: 33.000 zonnepanelen op 11 Rioolwaterzuiveringsinstallaties verspreid over Limburg zorgen daar voor.
Op basis van een verkenning blijkt dat er op de terreinen van WL en WBL geen mogelijkheden zijn voor het plaatsen van windturbines vanwege belemmeringen zoals nabije bewoning, de ligging van ondergrondse leidingen, hoogspanningsleidingen en meer.
Op 7 van de 17 rioolwaterzuiveringsinstallaties wordt zuiveringsslib vergist. Bij de vergisting komt biogas vrij dat momenteel voornamelijk wordt ingezet in onze warmtekrachtkoppelingen (WKK’s). Met de WKK’s produceren we duurzame elektriciteit en warmte voor eigen verbruik op de rioolwaterzuiveringsinstallaties. In totaliteit produceren we bijna 8 miljoen m3 biogas waarmee we meer dan 11 miljoen kWh aan duurzame elektriciteit opwekken.
Waterkracht uit stromend water kan in alle rivieren en beken die vrij afstromen worden gewonnen op de locaties waar de stroomsnelheid en het debiet (de hoeveelheid water die een rivier of beek per tijdseenheid transporteert of afvoert) voldoende hoog is.
Uit afvalwater (rioolwater) kan warmte worden gewonnen. De warmte kan worden gebruikt voor het verwarmen van nabijgelegen gebouwen, woonwijken, zwembaden etc. en zo het verwarmen met fossiele brandstoffen vervangen.
Uit oppervlaktewater kan in combinatie met een zogenoemd Warmte en Koude Opslagsysteem (WKO) warmte of koude worden gewonnen. De warmte kan gebruikt worden voor ruimteverwarming en zo verwarming met fossiele brandstoffen vervangen.
Stikstof en dijkversterkingen
Dit is een fase in een dijkversterkingsproject. Lees hier meer over Fasen en inspraakmogelijkheden en download de visual Dijkversterkingsproces in 3 fasen (pdf, 60 kB).
In de planuitwerkingsfase werken we het voorkeursalternatief verder uit tot een ontwerp-projectplan. Dit plan moet worden goedgekeurd en er moeten vergunningen voor worden afgegeven. Belanghebbenden kunnen formeel reageren door een zienswijze in te dienen. Daarna neemt het bestuur van het waterschap een besluit. Waar nodig wordt grond aangekocht en we bereiden de aanbesteding van de bouw voor.
Meer zoeken
Via onderstaande sites kunt u meer overheidsinformatie vinden.